12.10.17

Het Zonnewonder te Fatima 1917





Vooraleer in 1917 de verschijningen van Onze Lieve Vrouw aan de drie herderskinderen begonnen, verscheen het jaar daarvoor de Aartsengel van Portugal om de kinderen voor te bereiden op de komst van de Moeder Gods. Lucia, de oudste van de drie vertelt als volgt:

Eerste verschijning

“Wat betreft het tijdstip, denk ik, dat het gebeurde in de maanden van april tot oktober 1916. Ik kan de datums niet met zekerheid en precies aangeven, omdat ik toen de jaren nog niet kon tellen, en ook niet de maanden, ja zelfs niet de dagen van de week.Mij dunkt nochtans, dat het moet geweest zijn in de lente van 1916, toen de Engel ons de eerste keer verscheen op de Cabeço. Het was tegen die tijd, dat Francisco en Jacinta van hun ouders verlof hadden gevraagd en gekregen, om hun kudde te hoeden. Wij besloten alsdan onze kudden te weiden op het eigendom van hun ouders en de mijne, om in de Sierra de andere herders niet te ontmoeten. Op zekere dag begaven wij ons met onze schapen naar een eigendom van mijn ouders, dat aan de voet van de genoemde berg, aan de oostkant gelegen is. Dat eigendom heet Chousa Velha. Tegen het midden van de voormiddag begon een motregen te vallen, iets meer dan dauw. Wij beklommen de berg, gevolgd door onze schapen, op zoek naar een rots die tot schuilplaats kon dienen. Toen was het, dat wij de eerste keer in deze gezegende spelonk binnentraden. Ze ligt midden van een olijfgaard die aan mijn peter Anastacio toebehoort. Vandaar ziet men het kleine dorpje waar ik ter wereld kwam, het ouderlijk huis, de plaatsen Casa Velha en Lira da Pedra. De olijvengaard – eigendom van verschillende mensen – strekt zich zover uit, dat hij één geheel vormt met deze kleine plaatsjes. Daar brachten wij de hele dag door, ofschoon de regen had opgehouden en de zon weer tevoorschijn was gekomen. Wij eten en bidden het rozenhoedje. Daarna beginnen wij bikkelen te spelen.

Wij hebben enige ogenblikken gespeeld, als plotseling een hevige wind de bomen schudt. We kijken om te zien wat er gaande is, want het is mooi weer. En zie, wij beginnen boven de bomen, die zich naar de oostkant uitstrekken, een licht te zien, witter dan sneeuw, dat de vorm heeft van een jongeman, schitterender dan een kristal doorstraald van het licht der zon. Naarmate hij naderbij kwam, konden wij beter zijn gelaatstrekken zien. Wij waren verrast en half buiten onszelf en zeiden geen woord.

Bij ons gekomen sprak hij: “Vrees niet, ik ben de Engel van vrede. Bidt met mij.” En neerknielend boog hij het hoofd tot aan de grond. Meegesleept door een bovennatuurlijke drang, deden wij zoals hij en herhaalden de woorden die wij hem hoorden uitspreken:

“Mijn God, ik geloof u, ik aanbid u, en ik bemin u. Ik vraag u vergiffenis voor hen die niet geloven, niet aanbidden en U niet beminnen.”


Nadat hij dit gebed driemaal had herhaald, stond hij op en zei: “Bidt aldus. De Harten van Jezus en Maria luisteren naar de stem van jullie gebeden.” En hij verdween. De bovennatuurlijke atmosfeer die ons omgaf, was zo intens, dat wij ons bijna geen rekenschap meer gaven van ons eigen bestaan, en dat gedurende lange tijd. Wij bleven in de houding waarin hij ons had verlaten en herhaalden maar altijd hetzelfde gebed.

Gods tegenwoordigheid voelden wij zó intens en intiem dat wij, zelfs onder elkaar, niet waagden over de verschijning te spreken. De volgende dag voelden wij onze geest nog in beslag genomen door die atmosfeer. Slechts zeer langzaam verdween ze. Wat deze verschijning betreft, niemand dacht eraan erover te spreken of aan te dringen op geheimhouding. Zij legde zonder meer geheimhouding op. Zij was zo intiem, dat het niet gemakkelijk was er ook maar het minste woord over te reppen. Misschien maakte zij ook meer indruk op ons, omdat het de eerste verschijning betekende, die zo duidelijk was. Toen de Engel verdwenen was zei Jacinta: “Ik weet niet wat ik heb, ik kan niet meer spreken, niet meer zingen, niet meer spelen. Ik heb geen kracht meer om nog iets te doen.” – “Ik ook niet”, antwoordde haar broertje. “Maar dat heeft geen belang. Schoner dan dat alles is de Engel!”




1917

De Verschijningen.

Vanaf de maand mei en vijf maanden na elkaar, telkens op de dertiende (behalve in de maand augustus, want dan zitten de kinderen in de gevangenis) verschijnt de Moeder Gods aan de kinderen. Ze onderricht hen, vraagt hen om te bidden en ook te lijden voor de redding van de zielen. Lucia vraagt haar om een wonder te doen, zodat de mensen zouden geloven dat Maria hen verschijnt. En Maria belooft dit en noemt de datum van de laatste verschijning, 13 oktober.

Ondertussen hebben mensen vernomen wat zich afspeelt op de plaats waar de kinderen de schapen hoeden. En ieder maand groeit het aantal nieuwsgierigen. Wanneer Maria voor de derde maal verschijnt, nl. op 13 juli heeft ze een uitdrukkelijke wens: " Ik wil de toewijding van Rusland aan mijn Onbevlekt Hart en de eerherstellende communie op de eerste zaterdagen komen vragen. Als men gehoor geeft aan mijn beden, zal Rusland zich bekeren en zal men vrede hebben. Zoniet, dan zal het zijn dwalingen over de wereld verspreiden en oorlogen en vervolgingen tegen de Kerk uitlokken. De goede mensen zullen gemarteld worden, de Heilige Vader zal veel te lijden hebben, verschillende naties zullen vernietigd worden. " Tenslotte zal mijn Onbevlekt Hart triomferen. De Heilige Vader zal Rusland aan mij toewijden dat zich zal bekeren en er zal een zekere tijd vrede aan de wereld geschonken worden."

Het heeft geen zin de geschiedenis tussen 1917 en 2017 hier neer te schrijven. Iedereen weet wat er gebeurd is en nog gebeurt. Alles behalve vrede, en waarom? Omdat de mensheid verder gaat op het pad van ontkenning van God, ontkenning van zonde. En vooral omdat de mens zich boven God heeft gesteld. Nochtans blijft de belofte van de Moeder Gods geldig. De toewijding van Rusland, aan het Onbevlekt Hart van Maria, door de paus in gemeenschap met alle bisschoppen van de wereld.
Waaom Rusland? Dat is een mysterie en toch ook weer niet. Nu we zoveel jaren verder zijn is reeds een stukje van de sluier opgelicht. (De hereniging van de Oosterse en Westerse Kerken). Dit onderwerp wordt later vervolgd.

We zijn dus aangeland op die bijzondere datum 13 oktober 1917.      Vandaag 100 jaar geleden.


De Verschijning stelt zich voor als Onze Lieve Vrouw van de Rozenkrans. Met het uitdrukkelijkverzoek dagelijks de Rozenkrans te bidden. Voor de redding van de zielen en voor de vrede.  





Geen opmerkingen:

Een reactie posten